Radio 538 bestond nog niet...
In de 16e eeuw was muziek net zo belangrijk als nu. Er was nog geen radio, geen tv, geen i-pod. Maar zingen en muziek maken konden we wel! Mensen zongen op straat, in huis, in de kerk en bij officiële feesten. We zongen liedjes over het geloof, over de oorlog, over de natuur, over de feestdagen van het jaar. Maar vooral over: de Liefde. Net als tegenwoordig.
Er waren toen nog geen gewaagde video-clips, maar de teksten van de liedjes waren soms best heftig. Er werd flink gezongen over zoenen, vrijen en de rode lippen en ronde borsten van het liefje. Hoe je dat nog kunt zien? In Zutphen werd in 1537 een liedboekje met de hand geschreven. Het is het beroemde Zutphense liedboek, in 1540 “veranderd” door ene Hans van Zutphen. Op het plaatje boven zie je het voorblad van de zangbundel. De naam “Hans” staat als tweede woord op de derde regel. Het jaartal staat op de eerste regel.
Het Wilhelmus, ons volkslied
Jullie zingen trouwens nog steeds muziek uit mijn tijd. Bijvoorbeeld ons volkslied, het Wilhelmus van Nassouwe (uit ca. 1568-1572). Het is een geuzenlied, een verzetslied over Willem van Oranje. Onze held in de grote oorlog, de Tachtigjarige oorlog. Ik was in de twintig toen je het liedje steeds vaker begon te horen.
Andere 16e eeuwse liedjes
Maar je kent vast ook wel het kerstliedje Nu zijt wellekome. Dat komt ook uit mijn tijd. En wat dacht je van Die winter is vergangen. Het staat ook in het Zutphens liedboek. Het is een liedje over de lente die is gekomen. Zo luidde dat liedje in de taal van mijn tijd:
Die winter is verganngen,
Ich sie des meyenn schienn.
Ich sie die blomkens hangen,
Des ist mienn hartt verbliett.
Onze taal
Moeilijk te lezen, niet? Het lijkt wel Duits. Er staat zoiets als: de winter is voorbij, de maand mei hangt in de lucht, de bloemetjes maken mijn hart blij. We spraken en schreven in onze tijd net een beetje anders dan nu. De Achterhoek ligt heel dicht tegen Duitsland aan. En taal is altijd in beweging. Jullie ouders kunnen waarschijnlijk niet eens msn-en. Dat is ook een apart taaltje.
Kerklied en popmuziek
Heel veel kerkliederen, de Psalmen, zijn geschreven in mijn tijd. Maar juist in de zestiende eeuw kwamen er dus steeds meer populaire liedjes, pop-liedjes. En mensen gingen die verzamelen. En omdat de drukpers steeds vaker werd gebruikt, verschenen ze ook als drukwerk. Sommige verzamelboekjes zijn bewaard, zoals het Zutphens liedboek.
Stadspijper
Ik kwam vaak in Zutphen. Ik bezat daar een paar huizen, die ik nog van mijn moeder Agnes had geërfd. Ik zat ook als wethouder in het gemeentebestuur. Dat heette in die tijd “schepen”.
De stad Zutphen had toen “stadspijpers” in dienst. Dat waren stadsmuzikanten die optraden bij officiële stadsgebeurtenissen. Bijvoorbeeld als het gemeentebestuur werd geïnstalleerd. Op het plaatje zie je een moderne stadspijper in uniform uit Den Bosch.
Muziek in Ruurlo
In Ruurlo hadden we nog geen dorps-pijper. Mensen speelden in hun vrije tijd wel op instrumenten. Muziekinstrumenten in de 16e eeuw waren de viool, luit (soort gitaar), fluit, harp, trompet, trommel. In 1683 (64 jaar na mijn dood) is mijn familielid Wigboldt de Rode van Heeckeren boos op de dominee van de Dorpskerk, meneer Besier, omdat hij “sich met sijn gasten so laete in de nach onder het geluyt van een violon niet sonder ergernisse van de gemeent heeft lustich gemaeckt.” Wigboldt klaagt erover in een brief aan de classis, het regioberaad van dominees.
Sommige rijke kasteelheren hadden een eigen ‘speelman’ in dienst. Iemand die dan vaak meerdere instrumenten bespeelde. Die speelmannen maakten muziek voor de kasteelheer thuis, maar ze werden vaak ook “uitgeleend” als er ergens in de buurt een groot concert was. Maarten van Rossem, tijdgenoot van mijn opa Berend van Hackfort, had ook zo’n eigen speelman.
In onze Dorpskerk heeft altijd muziek geklonken. Muziek was ook toen al verrassend internationaal. Sommige liederen uit het Zutphens liedboek werden gezongen in Duitsland, België en Scandinavië. Via handelsreizigers werden populaire liedjes in Noord-Europa ‘door-gespeeld’. Tegenwoordig gaat dat met popmuziek op televisie natuurlijk veel sneller. Maar ook toen maakten liedjes dus internationaal carrière, net als nu bij het Eurovisie songfestival.
Hieronder een recente opname uit de Dorpskerk van muziek van Palestrina. Een Italiaanse componist en tijdgenoot.